Centrale Training 15 april 2011

Recent was er weer een heerlijke Centrale training voor de Trim-trainers. Dit keer weer in het bos onder leiding van Frans van Melsen. Er werd veel geoefend met loop- en spelvormen waarmee je de groep bij elkaar kan houden en waarbij iedereen flink aan zijn trekken kon komen. Frans bedankt!

De foto’s bekijken? Klik hier voor de foto’s!

Het programma van Frans:

Doel: hoe houd je groepen, waarin personen zitten met verschillende loopsnelheden, bij elkaar.

Warming Up
Twee tallen vormen: De voorste moet de achterste afschudden en die moet blijven schaduwen,

Bij het driehoekje, lopen met de hele groep. Eerste stuk langzaam, tweede deel snel en derde deel langzaam. Dit doen we twee keer. In de praktijk kan je aangeven: drie keer maar minimaal twee keer. De snelleren lopen wat meer maar ieder kan geven wat hij of zij kan.

Je loopt het driehoekje op tijd. Je krijgt even veel tijd om te rusten en daarna weer snel. De snelleren kunnen dit drie keer doen de langzameren twee keer. Je moet als trainer steeds de tijd noemen. Ze moeten zelf de rusttijd in de gaten houden.

Je vormt groepjes van twee. Een langzamere en een snellere. Nu loop je een estafette en wisselt met handslag. Ieder loopt het driehoekje als groepje afhankelijk van de conditie twee of drie keer. Dat houdt in vier keer of zes keer het driehoekje.

We gaan verder. We vormen tweetallen en lopen achter elkaar aan. De voorste heeft de armen naar achteren en de ander haakt in. De voorste trekt en de ander houdt tegen. Belangrijk is dat de achterste de rug recht houdt door de voeten verder naar voren te brengen.

Piramide loop
Je loopt snel naar een punt ( boom ) en je gaat langzaam terug. Daarna naar een punt verder ( boom ) en langzaam terug. Daarna weer snel naar een volgend punt en langzaam terug.

Dit is de helft van de piramide. Wil je deze afmaken dan ga je weer snel naar het tweede punt en langzaam terug en weer snel naar het eerste punt en weer langzaam terug.
Je kan een vierde punt nemen voor de heel snellen.

Bomen tellen.
In een redelijk toegankelijk bos krijgt ieder 30 seconden tijd om zo veel mogelijk verschillende bomen aan te raken. Wie heeft ver de meeste bomen aangeraakt?
Beter, wie heeft er meer dan 20, meer dan, 15 meer dan 10 aangeraakt?
Je kan dit nog een keer doen of zelf een minuut laten duren.

Kruispuntloop.
Op een kruispunt in het bos laat je vier personen een pad van het kruispunt nemen. De één neemt 20 m. en zet een streep op die plek, de ander 30 m. de volgende 40 m. en de laatste 50 .

Je verdeelt de groep in vier groepjes. Ieder groepje neemt één pad. Je loopt snel naar de streep en komt langzaam terug. Dan neem je het volgende pad enz. tot je alle vier de paden hebt gehad. Belangrijk is de aanwijzing rechts houden. Dit kan je meerdere keren laten doen.

Je zoekt een behoorlijk vierhoek. Je verdeelt de groep in twee tallen. De één gaat rechts om en de ander links om. Je gaat snel weg en als je elkaar tegen komt ga je uitlopen. Dit kan je ook doen met uitgezochte twee tallen. Een snelle en een langzamer persoon. De snelle zal dan langer hard gaan wat betreft de afstand dan de langzamere. We lopen ze even veel.